Eenzame uitvaart #302, gedicht

*

Vaak weet je wat je ziet als een gedachte je invalt
vliegen vliegen
mismaakte ruitvormen
het gebroken plexiglas voor de kurkwand
hoeveel schepen varen er op de grote zee?

het wijsje dat je door je mooie dikke lippen fluit
dat van katten en kostgangers
de kleine lachende boeddha boven het rijtje paperbacks
de piano waarop je een paar noten speelt
tijdens het dreigende bonken op de deur

er groeit geen gras op drukke straten
je stappen het trottoir af het wegdek op
naar de stationair draaiende auto
het aanhoudende trillen van je linkerbeen
de lichten langs de regelmatige rij palen

ik ben zo koud als een watervogel
onder de lauwe lucht schuilen alleen de kraaien 

maar de zee ruikt niet meer naar zee
de zee ruikt alleen nog maar naar modder
de zwartgebekte meeuwen, de baai vol stenen

nu je been stopt met trillen
en de deur hard dichtslaat
vraag ik of je meegaat.

Erik Lindner

Eén gedachte over “Eenzame uitvaart #302, gedicht”

Laat een antwoord achter aan Roel Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *