Eenzame uitvaart #297, gedicht

Zoveel leven

Er is goddomme zoveel leven onder de opgebaarde zon
van de begraafplaats, bij het zachte vierkant van Christa Wolf
de beschaafde rots van Brecht, in de vrouw op een pismatras
op de hoek van Die Sonnenallee, zoveel babyblauw boven
Flughaven Tempelhoff, zoveel en al die bewaarde dood in alle buiken

We dragen hem als de vrucht zijn pit, de mannen in de borst
de vrouwen in hun schoot, kinderen sterven dat wat ze geworden
zouden zijn, schrijft Rilke, iedereen bezit er een
maar jij maakt het pas echt dol door twee keer dood te gaan
hier in mij, in Mitte, maar weken eerder al onder de beschutting
van een doos, toen je Limburgse kinderdagen uit je wangen glipten

Ze roepen je aan, je gordijnen, zwart van vliegenzwartheid
de verweesde wielrenfietsen in de keuken, je playstation
horrorfilms, cd’s van The Talking Heads, Heart, het meisjeskussentje
dat je rug spiegelt, papieren, overal papieren, dozen, dozen
met erboven de kantoorklok die jouw laatste ochtend gijzelt
op half elf, maar hoor wat ze zingen
I hear the ticking of the clock, I’m lying here the room’s pitch
dark, I wonder where you are tonight, nu je ding
bent onder de dingen, hun gelijke in jouw eeuwigheid

Sasja Janssen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *